Totaal IgE wordt door het lichaam aangemaakt als gevolg van een allergische reactie van het onmiddellijke type.
IgE-antilichamen fixeren zich op de mastcellen en op de basofiele leukocyten. Bij contact met het allergeen wordt de inhoud van deze cellen vrijgegeven (histaminen, serotoninen,...) die verantwoordelijk zijn voor de symptomen van een allergische reactie (astma, urticaria, hooikoorts, conjunctivitis, voedselallergie, anafylaxis, ...).
Het meten van de totale hoeveelheid circulerend IgE kan helpen bij de klinische diagnose van IgE-gemedieerde allergische aandoeningen.
De serumconcentratie van totaal IgE is leeftijdsafhankelijk: ze neemt toe tijdens de kinderjaren om rond de leeftijd van 16 jaar te stabiliseren.
Hoge concentraties van IgE wijzen op een hoge waarschijnlijkheid van atopie. Een normale concentratie van IgE sluit een allergie echter niet uit: 30 % van de allergische patiënten hebben een normale IgE-concentratie.
Parasitaire infecties, pulmonaire aspergillose, drug-geïnduceerde eosinofilie of koorts, congenitale immunodeficiëntie syndromen (hyper IgE syndroom, Wiskott-Aldrich syndroom, IgA deficiënties) en immunologische huidreacties kunnen totaal IgE in serum polyclonaal doen stijgen.
extra informatie